Het grootste deel van de rekruten dat zich aanmeldt heeft zijn middelbare school niet afgemaakt, is niet gewend zorgvuldig met spullen om te gaan en als ze iets kwijt zijn dan ‘lenen’ ze het even van een vriend. Als voor het appèl Bart niet zo snel zijn petje kan vinden, dan pakt hij die gewoon even van zijn buurman. Probleem opgelost. Totdat de leiding er lucht van krijgt en hier direct de confrontatie over zoekt. Niet om te laten zien wie er de baas is, noch om kadaverdiscipline bij te brengen, maar om duidelijk te maken dat Bart de belangrijkste kernwaarde van het Nederlandse leger heeft geschaad – vertrouwen! Aan de hand van het ‘simpele’ vergrijp van andermans petje lenen laat van Uhm zien dat het van levensbelang is om elkaar blindelings te kunnen vertrouwen. Dat de spullen zijn waar ze moeten zijn en als jij het slagveld opgaat, je weet dat je van je maat rugdekking krijgt. In ons leger wordt systematisch gebouwd aan vertrouwen. Tegelijkertijd wordt het bewustzijn versterkt dat collega’s niet zonder elkaar kunnen om de klus te klaren. Vertrouwen en verbinding, twee vliegen in één klap.
Hoe vaak gebeurt het in onze civiele organisaties dat er zo openlijk een punt gemaakt wordt van vertrouwen, zodat het concreet, tastbaar wordt en tot leven komt? Ik vrees niet zo vaak…. We geven wellicht de voorkeur aan een heisessie om de kernwaarden te formuleren om ze vervolgens op ludiek vormgegeven wijze aan de rest van de organisatie te communiceren. Iedereen weet hoe belangrijk vertrouwen is, maar handelen wij er dagelijks naar als ware het een kwestie van leven en dood?
Misschien vinden we het wel een lastige verhaal dat vertrouwen, weten we eigenlijk niet goed wat we ermee aan moeten. We zitten tenslotte niet in het leger. Hier gelden andere wetten. Vaak lopen we met een enorme boog om de vertrouwenskwestie heen terwijl we tegelijkertijd weten dat als medewerkers geen vertrouwen hebben in de top en als klanten of burgers hun vertrouwen verliezen in de organisatie, de overlevingskansen van die organisatie in gevaar zijn. Het gaat niet om grootscheepse veranderplannen of om een keer heldhaftig optreden, het gaat veel meer om in kleine gebeurtenissen steeds duidelijk te maken waar het ons in de kern om te doen is. Leggen we op de juiste slakken zout? Kunnen we op concrete momenten ervaren dat vertrouwen deel uitmaakt van het DNA van onze leiders?
Je zou denken dat het leger één van de meest hiërarchische organisaties is en dat is op een bepaalde manier ook zo. Maar op een andere manier ook helemaal niet. Peter van Uhm verraste me door de systematische manier waarop hij tegenspraak heeft georganiseerd.
“Ik heb niks aan ja-knikkers. Mensen moeten je durven tegenspreken. Loyaliteit is drie keer nee durven te zeggen tegen je baas. Als de mogelijkheid er is, moet je al het potentieel gebruiken dat in je organisatie aanwezig is. Als je een goed verhaal hebt, krijg je mijn oor. Je zult versteld staan hoeveel militairen nee durven te zeggen tegen de commandant. Die openheid en vrijheid is er. Maar als een besluit eenmaal genomen is, dan is de discussie afgelopen. Ik houd van eerlijkheid en duidelijkheid. Dat is de basis van alles wat je in je organisatie doet."
Is dat geen geweldige uitspraak? Loyaliteit is drie keer nee durven zeggen tegen je baas, maar als het besluit eenmaal genomen is dan voeren we het uit. Ik begin er onmiddellijk van te watertanden….
Delen: